De tomaat is de meest gekweekte tuingroente in Nederland en is niet zo maar een vrucht. De tomaat heeft fans! Er zijn liefhebbers die tientallen soorten alleen al op het oog herkennen en volop genieten van de verschillende smaken.
De vraag die in vele discussies gesteld is! De verdeling van groente en fruit is vooral vanuit praktisch oogpunt ontstaan. Plantkundig gezien bestaan de termen groente en fruit namelijk niet. De juiste benaming voor de tomaat is eigenlijk een vrucht. Vruchten, bloemen, bladen of stengels vallen plantkundig gezien allemaal onder de groenten.
Wat hoofdzakelijk in de pan wordt klaargemaakt noemen we vaak groente, wat ‘uit de hand’ gegeten wordt kennen we als fruit. Tomaten kunnen vanuit praktische oogpunt dus het beste geclassificeerd worden als groente.
Tomaten hebben veel positieve eigenschappen: ze bevatten weinig calorieën, zijn rijk aan verschillende vitaminen en bevatten antioxidanten in de vorm van lycopeen.
Wetenschappers hebben aangetoond dat lycopeen bescherming zou bieden tegen hart- en vaatziekten en zelfs tegen bepaalde vormen van kanker. Lycopeen staat nooit alleen in zijn genezende rol, maar de verbindingen die lycopeen aangaat met andere stoffen zoals fytoenen, fytofluenen en andere carotenoïden zijn van groot belang voor de werking van antioxidanten in het lichaam.
Als tomatenpuree kan lycopeen ook de veroudering van de cellen vertragen, waardoor er minder rimpels ontstaan! Lycopeen lijkt op de kleurstoffen die bijvoorbeeld sinaasappels, wortels, zalm, garnalen en flamingo's hun kenmerkende roze of oranje kleur geven.
Lycopeen verlaat het lichaam binnen 24 uur, maar blijft een tijdje aanwezig. Als je gedurende langere tijd dagelijks een paar liter tomatensap drinkt, kan je huid zelfs oranje of roze worden, net als een garnaal of een flamingo.
Een tomaat is verder zeer rijk aan vitamince C. Erg gezond!
In het algemeen kunnen tomaten worden onderverdeeld in twee varianten: bepaald en onbepaald. Bepaalde tomatenplanten groeien tot ze een bepaalde hoogte hebben bereikt en stoppen dan vanzelf met groeien. Deze soort vormt een of meer ranken, waardoor de plant compacter blijft. De ranken van de onbepaalde soort blijven gewoon groeien en doorgroeien om de beschikbare ruimte te vullen. Deze soort moet je vaak ondersteunen.
De ruimte die je beschikbaar hebt voor het telen van tomaten is vaak de beslissende factor bij het bepalen van de soort tomaat die je wilt kweken. Het binnenshuis kweken van tomaten is vrij eenvoudig dankzij het assortiment minitomaatrassen. Een minitomatenplant heeft slechts een potje van 10 tot 15 cm nodig. In moestuinen worden vaak verschillende soorten gekweekt, zodat je vrijwel het hele jaar door kunt oogsten en eten. Of je ze nou binnen of buiten kweekt, tomaten zijn gemakkelijk te telen en te oogsten.
Met de volgende soorten hebben wij goede ervaringen:
De mini-cherrytomaat Minibel (Solanum lycopersicum cv), is een tomatenras dat een overvloed geeft aan kleine, zoete tomaatjes. Deze snel vertakkende plant groeit tot zo’n dertig à veertig centimeter en voelt zich daardoor prima in een pot.
Bij het ras Minibel duurt het vanaf het zaaien zo’n tien weken tot je kunt oogsten. Deze plant is geschikt om thuis te kweken. Binnen of buiten, in een kweektent, in de tuin of op het balkon. De cherrytomaat Minibel is geschikt om te kweken op potgrond, kokosgruis, steenwol en hydrocultuur. Je kunt alle gespecialiseerde CANNA productlijnen gebruiken: TERRA, COCO, AQUA, HYDRO en BIOCANNA.
De mini-trostomaat Yellow Pear (Solanum lycopersicum cv) is een tomatenras dat kleine, zoete tomaatjes geeft. Het bijzondere aan dit ras is dat de vruchtjes geel zijn en de vorm van een peer hebben. Deze plant kan erg hoog groeien en is daarom minder geschikt voor kweek in een pot. Deze trostomaat zul je regelmatig moeten dieven en knippen.
Het proces van zaaien tot oogsten duurt bij de Yellow Pear zo’n acht weken. De gele trostomaat is geschikt voor kweek op potgrond, kokosgruis, steenwol en hydrocultuur. Voor elk van deze kweekmethodes heeft CANNA gespecialiseerde productlijnen ontwikkeld; TERRA, COCO, AQUA, HYDRO en BIOCANNA.
Laat de zaadjes van de tomaten ontkiemen op goede zaaigrond. Deze kun je zelf maken door drie delen potgrond te mengen met één deel zand. Als je een optimale zaaigrond wilt gebruiken kies dan CANNA Terra Seedmix. Vul een afdekbare zaaibak met deze grond. Bevochtig de grond en laat deze acclimatiseren bij een temperatuur van ongeveer 20°C.
Verdeel het zaad van de tomaten over de zaaibak, vul deze af met maximaal een halve centimeter zaaigrond of CANNA Terra Seedmix en dek de bak af met bijvoorbeeld een plastic deksel of glasplaat. Hiermee houd je de temperatuur vast en voorkom je uitdroging. Lucht de grond overdag af en toe even door de afdekplaat op een kier te zetten, bijvoorbeeld door een stokje onder de plaat te leggen.
Tomaten zaailingen hebben veel zon nodig, als je niet beschikt over een zonnig raam gebruik dan een voorgroei TL of spaarlamp. Gebruik je een kweektent, dan kun je direct daarin zaaien. Pas wel op met het licht. Als het te fel is kunnen de jonge plantjes uitdrogen of zelfs verbranden.
Wanneer het eerste bladpaar verschijnt (zie afbeelding), zo’n veertien dagen na het zaaien, is het tijd om de zaailingen te verplaatsen naar een grotere pot. Dit noemen we ook wel verspenen. Zet de plantjes in potten van 1,5 liter en een diameter van twaalf centimeter, gevuld met een hoogwaardig substraat als CANNA Terra Professional, Terra Professional Plus of CANNA Coco. Ga je voor biologische teelt, kies dan voor gecertificeerde potgrond zoals de BIOCANNA Bio Terra Plus. Probeer de wortelen zo min mogelijk te beschadigen om stress te voorkomen.
Ongeveer twee tot drie weken na het verspenen is het tijd om je plant op te potten. Zet de plant in een grotere pot, met een inhoud van drie tot zes liter. Zo staan de tomatenplanten stevig en hebben ze een adequate vochtbuffer die groot genoeg is voor de resterende duur van de teelt. Na ongeveer midden Mei kun je de tomaten naar buiten verplaatsen, doe dit op een bewolkte dag om een schik te vermijden. Pas wel op dat het risico op met insecten en ziekten buiten groter is.
Nadat de plant ongeveer zes zijtakken aangemaakt heeft dien je de top de verwijderen. De uitlopers in de oksels van de bladeren neem je zo veel mogelijk weg (dit noemen we dieven). Hangende uitlopers kun je ondersteunen met clips en stokken. Zo voorkom je dat de takken afbreken door het gewicht van de vruchten. Takken die te ver uitsteken kun je afknippen. De tomatenplant zal dan vanuit een bladoksel verder uitlopen. Wanneer de plant erg compact is en tomaten in de schaduw van de onderste bladeren hangen kun je deze bladeren verwijderen. De tomaten kleuren ook beter af als ze in het licht hangen.
Een tomatenplant vraagt veel water. Hierdoor moet je dagelijks controleren of de pot nog voldoende vochtig is of – bij een aquasysteem- het waterniveau nog hoog genoeg is. Geef liever één keer per week veel water dan dagelijks een beetje. Als de pot een keer zo droog is geweest dat de bladeren van de plant slap zijn gaan hangen, geef dan veel water zodat de potgrond, kokos of steenwol zich weer helemaal vol kan zuigen. Het is ook goed om dit te doen als de plant heel hard en donker blad krijgt en bijna niet meer groeit.
Een tomatenplant maakt alleen vruchten aan als de bloemen bestoven zijn. In de natuur doen bijen en hommels dit. Omdat dit thuis niet zo handig is kun je de natuur ook een handje helpen, door tegen de bloemtakken te tikken of met een kwastje langs de meeldraden en stampers te gaan. Het stuifmeel komt dan los en er kan bestuiving plaatsvinden. Hierdoor krijg je meer en beter gevormde vruchten.
Van origine is de tomaat een tropische plant. Hij voelt zich thuis bij een dagtemperatuur van zo’n 25°C en een nachttemperatuur van zo’n 20°C. ‘s Nachts mag de temperatuur niet onder de 16°C komen. Voor een goede ontwikkeling heeft de tomatenplant veertien uur licht per dag nodig. De ideale relatieve luchtvochtigheid (RV) ligt op 70%. In een kweektent ligt de RV meestal wat lager, rond de 45%. Een klein laagje water op de grond of een vernevelaar kan helpen om deze te verhogen.
Tomatenplanten houden van warmte en ze hebben veel voedingsstoffen nodig. De vorm van de vrucht varieert vaak, net als de kleur. Er zijn natuurlijk rode tomaten, maar ook gele, oranje, zalmroze, gestreepte en zelfs groene. Let er na het oogsten van tomaten op dat je ze niet in de koelkast bewaart. Zelfs dan houden ze van warmte: bewaar tomaten altijd boven de 10 °C.
Rouwmuggen (turfvliegjes) komen in vrijwel elk substraat voor, gelukkig zijn deze voor de tomatenplant onschadelijk en verdwijnen ze vanzelf. Sommige planten kunnen last hebben van witte vlieg, bladluis of andere ziektes en plagen. Deze kun je op milieuvriendelijke wijze voorkomen en tegengaan met CANNACURE. Bekijk onze Plagen en ziekten gids voor meer informatie.
Bekijk voor meer informatie over tomaten onze downloadbare pdf